Ik heb er al een aantal keer iets over laten vallen, maar vandaag was het echt zo ver: de les Vlaams. De leerlingen hier zijn echt wel redelijk gefascineerd door het taaltje dat ik spreek. Ze vinden het geweldig als ik mijn mond open doe en ze vragen regelmatig of ik nog wat 'Belgisch' wil spreken. Vandaag kregen ze zo veel 'Belgisch' als ze maar wilden.
Ik had voor vandaag een lesje voorbereid. Deze zat als volgt in elkaar:
1) Inleiding
Ik was wel eens nieuwsgierig naar wat de leerlingen van Vlaanderen en België weten. Mijn eerste vraag was dus erg eenvoudig: wat kunnen jullie vertellen over Vlaanderen?
De antwoorden die ik kreeg waren erg divers. Veel leerlingen zijn niet echt bekend met het onderscheid tussen Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Manneke pis en het Atomium waren dus populaire antwoorden hoewel ze strikt genomen niet echt juist zijn. Ook het 'conflict' tussen Vlaanderen en Wallonië en de politieke situatie waren een veel terugkomend antwoord. Blijkbaar is Vlaamse televisie in Nederland populairder dan ik dacht. Iedereen kende studio 100 en ook Ketnet wordt hier vaak bekeken.
2) Stereotypen
Uiteraard hadden alle leerlingen op voorhand al hun mening opgemaakt over Belgen. We eten een hele dag door frietjes, wafels en chocolade, dit alles vergezeld door veel bier. Ook wordt hier aangenomen dat Belgen door al die culinaire uitspattingen ook allemaal dik zijn.
Ook denken de leerlingen dat Belgen allemaal dom zijn. Dit komt vaak tot uiting in de mopjes die ze hier vertellen over ons. Ik wist hen wel te overtuigen van het feit dat we niet zo dom zijn door hen te verzekeren dat wij alle mopjes die zij kennen ook vertellen. Maar wij vervangen de domme Belg door de domme Nederlander.
Toen ik vroeg naar een aantal belgenmopjes moesten de leerlingen niet lang nadenken. Een greep uit het aanbod:
"Waarom heeft een Belg een mes in zijn auto?" "Om de bocht af te snijden."
"Sinterklaas, Zwarte Piet en een hardwerkende Belg gaan op hotel. De volgende dag is de barman dood. Wie heeft hem vermoord?" "Sinterklaas, Zwarte Piet en hardwerkende Belgen bestaan niet, de barman heeft zelfmoord gepleegd."
3) Typisch Vlaams
Nadien bekeken de leerlingen een fragment uit een op-en-top Vlaamse serie: f.c. De Kampioenen. Hierbij moesten ze letten op woorden of structuren die typisch Vlaams zijn. Een aantal dingen die men hier in Nederland opvallen vinden waren het gebruik van ge/gij, verkleinwoorden op -ke, woorden zoals plezant, allez en amai, ...
Ik heb de leerlingen wel duidelijk gemaakt dat in f.c. De Kampioenen heel wat tussentaal gesproken wordt. Maar toch zijn dit dingen die wij als Vlamingen vaak zeggen.
Nadien kregen de leerlingen kaartjes met daarop woorden die veel voorkomen en Nederland en hun typisch Vlaamse tegenhanger. Van heel wat woorden - goesting, kuisen, bankcontact, wijsheidstand, beenhouwer, ajuin,... - hadden veel leerlingen zelfs nog nooit gehoord.
Deze les leidde tot heel wat wederzijdse verbazing, hilariteit en hopelijk ook begrip.
Voor deze les heb ik gebruikgemaakt van een Prezi-presentatie. Die kan je bekijken via deze link. Mevrouw Moes en haar leerlingen hadden hiermee nog nooit gewerkt. Met trots deel ik mee dat een aantal leerlingen mij na de les zijn komen vragen hoe ik deze mooie presentatie gemaakt had en hoe zij het programma ook konden gebruiken. We leren met deze uitwisseling dus duidelijk van elkaar.
Er was tijdens deze voormiddag les geven toch weer een eigenaardigheidje. De leerkrachten hadden deze middag een vergadering. Daardoor mochten de leerlingen vroeger naar huis. Bij ons zouden de leerkrachten die les geven na de middag dan gewoon pech hebben en zou hun les niet kunnen doorgaan. Hier werd dit probleem toch net iets anders aangepakt: met verkorte lesuren. De leerlingen hebben in plaats van de gewoonlijke 50 minuten dan maar 30 minuten les. Ze krijgen dus voor de middag toch nog zes lesuren. Zo moet geen enkele klas bepaalde lessen missen. Dit vond ik eigenlijk niet slecht bedacht. Al zou het bij ons natuurlijk ondenkbaar zijn vergaderingen gepland worden op een moment dat iedereen eigenlijk les heeft.
Dit was mijn laatste dag op Ichthus. Ik heb er van genoten en ik heb er ook nog wat uit bijgeleerd. Ik wil via deze weg mevrouw Moes en de andere leerkrachten die hun deuren voor mij opengezet hebben nog eens extra bedanken. Ik heb zelden zo een warm onthaal gekregen op een stageschool. Bedankt.
Waar ik dan weer niet rouwig om ben, is dat er een eind is gekomen aan de ellendige busrit van Zwolle naar Dronten. Deze busrit duurde maar liefst 40 minuten. Om 7u 's morgens is dat geen pretje. Slapen was niet echt een optie. Ondanks het feit dat ik mijn wekker zet heb ik toch een panische angst om plots ergens in Lelystad wakker te worden. Door het feit dat de weg tussen Zwolle en Dronten een 20-tal ronde punten bevat is lezen ook maar een misselijkmakende bedoening.
Maar als een busrit het enige minpuntje is aan een stageperiode, kunnen we gerust van een eclatant succes spreken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten