Vandaag had ik een hels druk programma.
Mijn dag begon alweer op Windesheim. Op weg naar de hogeschool verbaasde ik me weer over het uitzicht. Eigenlijk is Zwolle een vreemde stad. Je hebt het oude, historische centrum van de stad. Vanaf je het water rond deze kern oversteekt, lijk je wel in een andere wereld terecht te komen. Een wereld waarin alles modern is. De meeste gebouwen die hier staan zien er splinternieuw uit.
Hypermoderne gebouwen net buiten het historische centrum. |
Windesheim is binnen dit landschap nog eens extra speciaal. Op de wegen van een naar de school krioelt het van de studenten. Op de fiets, te voet of met de bus, overal zijn ze. Windesheim zelf lijkt meer op een dorp dan op een school. Ik heb me laten weten dat er op Windesheim een 22000 studenten studeren. Hierbij mag je nog een staf van meer dan 1500 mensen bij optellen.
Even ter vergelijking: Belsele - mijn dorp - telt 9 400 inwoners. In Sint-Niklaas wonen er 47 400 mensen.
De les die vandaag op het programma stond was een les geschiedenis. Geschiedenis van het Midden Oosten om precies te zijn. Eigenlijk was de les erg vergelijkbaar met hoe een les er bij ons aan toegaat. De leerkracht was vooral aan het woord en ondersteunde zijn les met beeldmateriaal. De leerlingen luisterden, beantwoordden vragen en namen notities. Ook de leerkracht was redelijk herkenbaar. Een man die veel van het vak weet, die vaak heel veel details vertelt en daardoor altijd te weinig tijd heeft om de geplande leerstof af te krijgen. Klinkt dit bekend?
Ik was lichtjes verbaasd over het onderwerp. De leerlingen zaten in hun voorlaatste jaar en waren nog bezig met leerstof over de vroege middeleeuwen. Het ontstaan, de opkomst en de ondergang van het Islamrijk hebben wij, net als de kruistochten, al meer dan een jaar geleden behandeld.
De studenten gaven me snel wat meer uitleg. Hun hoofdvakken zien er wel wat anders uit dan die van ons. De vakken - bij mij dan Nederlands en geschiedenis - worden onderverdeeld in verschillende deelvakken. Zo hebben zij bijvoorbeeld de vakken literatuur, spraakkunst en vakdidactiek Nederlands. Al deze vakken worden door verschillende leerkrachten gegeven. Bij de lessen geschiedenis was het zo dat de studenten reeds de geschiedenis volledig gezien hadden tot aan de tweede wereldoorlog. Naast de Europese geschiedenis kregen ze ook enkele vakken, verspreid over hun opleiding, over niet-Europese geschiedenis. Deze les was er dus zo één.
Er zijn mij toch nog enkele dingen opgevallen aan de hogeschool hier. Ook deze school heeft een enorm open karakter. De gangen zijn meestal erg breed en overal staan werkeilanden, bankjes, computers,... Eigenlijk kunnen de leerlingen overal op school terecht om nog even aan een taak of dergelijke te werken.
De vakanties in Nederland liggen ook helemaal anders dan die van ons. De studenten hier hebben nog één week les en dan hebben ze meivakantie. Een paasvakantie hebben ze hier niet, ze krijgen juist één dagje vrijaf.
Verder is mij ook opgevallen dat de Nederlandse studenten wel opkijken naar ons onderwijs in Vlaanderen. Heel wat studenten geven ook aan dat ze wel in Vlaanderen zouden willen studeren. Ons onderwijs staat hier heel hoog aangeschreven en bovendien is het heel wat goedkoper.
De lerarenopleiding duurt hier maar liefst vier jaar. Ik vroeg me af hoe zij aan die vier jaar raken, aangezien ik uit de geziene lessen niet echt de indruk krijg dat zij veel meer leerstof zien dan wij. Maar ik vond al snel waaraan dit ligt. De leerlingen hier hebben niet elke semester - hier periode genoemd - stage. Tijdens de periodes waarin ze stage hebben, zijn er aanzienlijk minder lessen.
Een ander groot verschil is de omgang met de leerkracht. Het gaat er hier heel wat losser aan toe. Zo steekt niemand zijn hand op. Dat is hier niet nodig. Sommige docenten worden ook met de voornaam aangesproken. Veel studenten komen ook te laat binnen of gaan wat vroeger door. Dit is helemaal geen probleem.
Na deze les geschiedenis had ik een afspraak met mevrouw Groeneveld, de persoon die deze taalstage voor mij geregeld heeft. Zij wou mij graag eens persoonlijk ontmoeten en mijn bedenkingen van de eerste dagen hier horen. Deze afspraak is helaas niet doorgegaan. Mevrouw Groeneveld was op een onbekende locatie in gesprek met iemand anders. Na drie kwartier wachten vonden haar collega's en ik dat ik lang genoeg gewacht had. Het gesprek zal dus voor een andere keer zijn.
Rond 2u was ik terug "thuis". Ik had gelukkig nog andere plannen. Tijdens mijn - lange - wandelingen naar Windesheim of naar het busstation naar Dronten had ik nog niet echt de kans gehad om het centrum van Zwolle te bekijken. Ik deed dus mijn stapschoenen aan en maakte een wandeling richting centrum. Onderweg kwam ik al een mooi parkje tegen. Zwolle staat niet voor niets bekend als één van de groenste steden van Nederland. Ook boten, bruggen en rivieren maken deel uit van het dagelijkse uitzicht.
Een parkje, slechts 5minuutjes wandelen en ik ben er. |
Water, boten, ... Ik denk dat we in Nederland zijn. |
Eenmaal in het centrum heb ik een bezoekje gebracht aan het toerismekantoor. Daar heb ik een boekje gekocht met daarin een historische wandeling door Zwolle. Aangezien dit toch een hele trip is, ga ik die bewaren voor later. Tijdens mijn wandeling kwam ik nog heel wat interessante dingen tegen. Een leuk winkeltje met alleen gezelschapsspelletjes, een Japans restaurant, een museum en - girls will be girls - schoenen- en klerenwinkels.
Dit is maar één van de vele mooie gebouwen in het centrum van Zwolle. |
Toen ik thuis kwam moest ik alweer vertrekken. Rap-rap naar de supermarkt om een nieuwe voorraad verse groentjes. Snel eten maken en dan weer op pad. Ik had namelijk nog plannen voor vanavond. Zwolle heeft een subtropisch zwembad. Na een wandeling van alweer een half uur kon ik heerlijk in het water plonsen. Na al dat harde werk was dit welverdiend.
Na alweer een wandeling van 2km - dit breng de teller van vandaag op ongeveer 10 km- ben ik nu dus weer thuis.
Een welverdiende plons in het topische zwembad. |
Nog iets vreemds gevonden onderweg: dubbele fietsstallingen. Hier in Nederland kan je je fiets parkeren bovenop een andere fiets. Men is hier ook duidelijk gewend aan veel fietsers. De fietspaden hebben hier zelfs voorsorteerstroken.
Dubbeldekker-fietsparking: waarom normaal doen als het ook zo kan? |
Morgen wacht mij nog de afwas van vandaag en de opendeurdag in Windesheim. Dan vertel ik jullie zo veel als ik kan over de lerarenopleiding hier in Zwolle. En misschien heb ik ook nog tijd om naar het Stedelijk Museum te gaan?